Ingezonden mening Raad van Kerken
Een overweging bij de manier waarop de plannen van een AZC in Best ontvangen zijn.
Wij leven momenteel in een tijd van ongekende luxe. Natuurlijk is de welvaart niet evenredig verdeeld, maar toch… Nog nooit reden er zoveel luxe auto’s rond als in de laatste jaren. Nog nooit zagen we zoveel gerestaureerde boerderijtjes met rieten daken in het buitengebied als nu. Nog nooit zagen we zoveel mensen op een gewone doordeweekse dag op een terrasje zitten aan een glas wijn of aan een luxe lunch. Een groot deel van onze tieners rijdt op een fatbike of een elektrische fiets. Er worden weer meer vakantievluchten geboekt dan vóór corona. Wat een weelde hebben we toch! En ja, laten we het maar toegeven: dat voelt goed.
En toch zagen we tegelijkertijd nooit zoveel ontevredenheid als in de afgelopen tijd. Een ontevredenheid die zich onder andere uit in het stemmen op partijen die ontevredenheid, protesten en onbuigzaamheid aanwakkeren. Een bitterheid die zich uit in harde taal jegens vluchtelingen en asielzoekers. Het is een tendens die we overal zien in het rijke westen, niet alleen in Nederland, maar in heel Europa en in Amerika. Op heel het welvarende noordelijke halfrond.
Aan onze kant van de wereld wonen veel mensen die het goed hebben zonder dat ze het beseffen, die niks tekort komen, maar niet bereid zijn om iets van hun overvloed en hun ruimte te delen met de mensen van het arme zuiden. Onlangs kwam dat op een akelige manier aan het licht in de manier waarop er gereageerd werd op de gemeentelijke plannen om te komen tot een asielzoekerscentrum in Best, waarmee de gemeente niets anders doet dan gehoor geven aan de spreidingswet, die nog steeds van kracht is. Wij willen de oprechte zorgen die mensen hebben niet bagatelliseren. Zorgen zijn er. Op sommige plaatsen is er overlast. Maar op nog veel meer plaatsen gaat het goed en krijgt de samenleving juist door de ontmoeting met mensen van andere culturen een nieuwe kleur. Ja, er is woningnood. Veel jongeren hebben geen goede kans op een zelfstandige woning. Maar de asielzoekers en vluchtelingen zijn daar niet de oorzaak van. Dit is een onjuiste en kwade gedachte, die gevoed wordt door het huidige polariserende politieke klimaat, terwijl politiek juist verbindend zou moeten zijn.
Laten we de centrale vraag niet uit de weg gaan. Hoe kijken wij naar de asielzoekers die door velen met de nek worden aangekeken? Zien wij hen werkelijk als onze broeders en zusters? Of zien we hen toch vooral als profiteurs, als potentiële verkrachters en dieven, als inpikkers van onze huizen en onze schaarse ruimte? Wij willen ons als christenen erin oefenen om ons niet te laten meeslepen door onderbuikgevoelens en afgunst, maar ons juist erin te verheugen dat we mensen een veiliger en beter leven kunnen geven door hen te laten delen in onze welvaart. Sterker nog, dit delen verhoogt zelfs onze eigen welvaart en welzijn. Zonder migranten zou onze economie immers niet meer kunnen functioneren.
Zou het ons niet sieren om niet meteen in een protesthouding te schieten, maar ons eerst eens te realiseren dat wij toch wel ontzettend veel geluk hebben gehad om aan de welvarende kant van de wereld geboren te zijn? Dat is geen recht, dat is pure genade waar we dankbaar om mogen zijn. Daarom distantiëren wij ons nadrukkelijk van de agressieve en onrechtvaardige manier waarop asielzoekers en vluchtelingen worden aangewezen tot zondebok. Als gezamenlijke kerken hopen wij dan ook op meer barmhartigheid en gastvrijheid.
De Raad van Kerken van Best, Oirschot, Spoordonk en De Beerzen