Anne den Drijver geeft schrijfcursussen in Oostelbeers. Deelnemers leren effectieve methodes om zich krachtiger en verrassender te uiten in proza en poëzie. Gewoon, ‘ouderwets’ met een pen en een schriftje aan de gang levert dan de mooiste schrijfsels op. Cursisten Els en Linda zijn super enthousiast.

door Rens van Ginneken

Veel idyllischer dan bij Anne’s woning aan de Oostelbeerse Sparrendijk wordt het niet: een oase van groen en rust, omsloten door hoge bomen. Vooral sparren uiteraard. Anne den Drijver zal de eerste zijn, samen met haar cursisten trouwens, om te beamen dat dit een ideale plek is om rust en inspiratie op te doen voor het schrijfwerk. “Ik heb lang in Tilburg gewoond en ik geef daar ook cursussen, maar het was heerlijk om hier in deze groene omgeving neer te strijken”, zo vertelt Anne, die jarenlang in een huisartsenpraktijk heeft gewerkt. Over hoe ze van de medische wereld in het schrijven rolde: “Nederlands was altijd mijn favoriete vak, ik heb ook altijd graag en veel gelezen. Toen ik meer tijd kreeg ben ik zelf cursussen gaan volgen om mijn creatieve schrijfvaardigheid aan te scherpen. Met name de opdrachten waarbij je leerde om in jezelf naar boven te krijgen wat er in je leefde vond ik erg waardevol. Ik leerde ook het belang van een zekere regelmaat van schrijven, er tijd voor nemen en dat jezelf in de stemming brengen en je hoofd leeg maken essentieel zijn”, aldus Anne.

Spontane ingevingen

Inmiddels hebben Els en Linda al het nodige geleerd om bij hun schrijversgeest te komen. Els: “Ik mediteer bijvoorbeeld tijdens het wandelen, of ik steek een kaarsje aan om ‘naar binnen’ te kunnen keren. Zo kom ik al snel in de stemming om te schrijven. Ingevingen komen vaak op onverwachte momenten. Ik weet nu uit ervaring: dan móet ik het ook opschrijven. Als ik het dan later teruglees ‘klopt’ het ook.” Linda: “Bij mij zijn het vaak spontane ingevingen, die ik dan door middel van technieken van Anne omzet in een stukje tekst. Het ‘sprinten’ gebruik ik bijvoorbeeld regelmatig: snel opschrijven wat er in je opkomt, en uit dat stuk tekst woorden en zinnen halen die ik in een gedicht verwerk, bijvoorbeeld een ‘Elfje’(gedicht van elf woorden) of een ‘Sneeuwbal’ (zie gedicht in kader). Het levert mij vaak verrassende boodschappen op.”

Aandacht en overgave

Anne vult aan: “In mijn workshops gaat het vaak niet zozeer over het vervolmaken van een tekst en zeker niet over technisch perfect schrijven, maar meer over aandacht en overgave en aan het leuke van het schrijven zelf. Vaak delen we wat we hebben geschreven met elkaar. Een opdracht kan bijvoorbeeld beginnen met tien minuten naar een bloem of een voorwerp kijken, waaruit je vaak de inspiratie ‘als vanzelf’ ziet ontstaan. De waarneming en het schrijven beïnvloeden elkaar op natuurlijk wijze.” Els knikt. “Je ziet ineens van alles.” Voor Linda mondde het kijken naar een sneeuwklokje uit in een prachtig en kwetsbaar gedicht over een jeugdherinnering. “Het bracht me terug in de tijd naar toen ik als klein meisje in een heleboel onderrokken - die voor mij een prinsessenjurk vormden – aan de hand van mijn vader liep.” Anne: “Door het in een bepaald schema te zetten werd de herinnering en de emotie weer tastbaar. We hoeven het hier niet te psychologiseren, het gaat om het kunnen laten komen van wat er komt. Dat is ook het mooie van bijvoorbeeld het ‘sprinten’ waarover Linda het had, ideaal om in de flow te komen. Je gooit van alles wat in je opkomt op papier, kritisch denken over wat je denkt en of het wel ‘gepast’ is laat je achterwege. Alles kan, als je maar niet stopt.” Linda: “Vaak ben ik dan echt verrast over wat ik heb opgeschreven en soms zijn dingen ook weer bruikbaar om mee verder te gaan.”

Een biologische man

Inspiratie of een startpunt om te gaan schrijven zijn overal te vinden. “We hebben ook veel plezier”, constateert Linda. “Zo kregen we de opdracht om aan de hand van een willekeurige foto uit een tijdschrift een biografie over iemand te schrijven. Dat leverde hilarische verhalen op” Anne: “Ook een zin die je opvangt uit een willekeurige conversatie kan een mooi beginpunt zijn, zoals ‘Dat is wel echt een biologische man’. Ook iets dat je raakt kan inspiratie bieden. Zo was een vriendin van me erg ziek en ze kwam in een hele molen van medische afspraken terecht: Fysio, specialist, thuiszorg. Ze werd voor haar gevoel in een schema gedwongen en verzuchtte: ‘Ik leef op andermans tijden’. Zij leefde zogezegd in de ‘tussentijd’, zo verwoordde ik het.”

Tijd tekort

Els vertelt dat ze al veel bruikbare technieken opstak bij Anne’s workshops. “Het leren van ‘mooie’ woorden bijvoorbeeld. Die schrijf ik nu op als ik ze tegenkom. Of door met bepaalde rijmvormen in weinig woorden naar de essentie te gaan, zoals met een Elfje, een Rondeel of een Haiku. Een schrijfsessie duurt een aantal uren, maar de tijd vliegt voorbij en vaak komen we nog tijd tekort”, zo lacht ze.

Rust en aandacht

Anne legt graag uit wat de doelstellingen zijn van haar workshops, meestal in een cyclus van vier, met drie weken ertussen, zodat de stof kan bezinken. “Er zijn veel mensen die graag zouden willen schrijven, die de behoefte hebben om wat hen bezig houdt op papier te zetten. Maar - zoals het vaak gaat met creatieve processen - ze komen er niet toe, weten niet hoe ze moeten beginnen, zijn onzeker over hun vaardigheden of blijven steken in een dagboekachtig verslag om hun hart te luchten. In mijn cursussen bied ik gelegenheid en handvatten om rust en aandacht te creëren om te ontdekken wat er binnenin hen leeft en om daar vorm aan te geven. Daar komt van alles naar boven, vaak tot verrassing van de deelnemer zelf.”

Zie ook: www.dichtbijanne.com

Vanaf half september staan er nieuwe workshops gepland.

(De meest recente dichtbundel ‘Een bezem van engelenhaar’ van Anne den Drijver is te koop bij Primera in Oirschot, of via de website.)

Gedicht van Linda

Onderrokken

in alle

kleuren uit mijn

moeders kast. Aangetrokken over

elkaar verworden tot een prinsessenjurk.

Trots paraderend aan mijn vaders hand

langs de sloot over het land geschreden.

Twee voorbijgaande fietsers kleuren al luidkeels grappend

mijn onderrokkenprinssenjurk donkerrood van schaamte, een dom oud vod.

Waarom lacht mijn vader mee? Ben ik niet zijn prinses?